Net als velen, blijf ik
altijd nog grote dromen houden. Sommigen zo absurd dat je ze
een ander niet aan hun neus gaat hangen. Een keer als potentiële medaillewinner
die olympische piste af skiën. Terwijl je in het echte leven al moeite hebt om
van een kleuterberg af te gaan. Op een slee. Op dat Voice podium staan als een
volleerd artiest. Die niet alleen noot kan houden, maar er ook nog een geweldig
Bruno Mars - achtig dansje bij kan doen. Waarna je aan het eind heel cooltjes
de twee voice vingers de lucht in steekt, naar het duizendkoppig publiek.
Bestseller schrijver worden. Met jouw gefotoshopte afbeelding in de abri’s van
alle NS stations. Zodat alle lezers in Nederland weten dat ze nú jouw boek
moeten kopen. Zeker als ze het nog willen lezen vóórdat de film remake in de bioscoop
uitkomt.
Dromen die helemaal niets
te maken hebben met het leven van alledag. Het echte leven. Waarin gewoon om
half 7 de wekker gaat. Je slaperig naar beneden loopt om een kopje koffie te
zetten. Je nog net geen Nutrilon babypoeder in je koffie gooit, in plaats van
suiker. Terwijl je je ondertussen bedenkt dat je nodig je tanden moet poetsen. Je
moet opschieten ook, omdat er voor je het weet alweer een kind wakker wordt. Of twee.
Waarna de ochtendspits begint en je als een volleerd ober of serveerster
bammetjes staat te smeren, melkbekers inschenkt, en boterhamtrommels vult. Om
dan, alweer nét iets te laat, op je fiets de straat uit te sjezen. Op weg naar je
kantoorbaan. Met de trein die, ook vandaag, niet op joú staat te wachten.
Maar de afgelopen week had
ik er zo voor getekend. Dat leven van alledag. Het echte leven. Want onze
jongste dochter ligt ineens in het ziekenhuis. Met zo’n heftig virus dat ze
niet langer zelf kan eten en drinken, constant veertig graden koorts heeft, en alleen
nog maar heel zachtjes kan huilen. Als een klein ziek vogeltje. Met ons als
ouders 24/7 aan haar bed. Waarmee we ineens verbannen zijn naar een wereld
niet groter dan de kamer waarin datzelfde bed staat. Met een zoemende airco op de
achtergrond. Constant verpleegsters en dokters die in en uit lopen. Op de
gang de ouders van alle andere zieke vogeltjes op de afdeling.
En daarmee zijn al die
grote, stiekeme, dromen alleen nog maar kleine wensen. Is de enige grote droom die
er nu nog over blijft, dat ons meisje zo snel mogelijk naar huis mag. Niks
stiekems aan, iedereen mag het weten. Hoe
toepasselijk dan ook het fortune cookie papiertje dat mijn man Jason uit zijn
broekzak viste: “Enjoy the little things,
one day you may look back and realize they were the big things” Got it. En
heb het papiertje maar gelijk op het prikbord van het ziekenhuis gehangen. Voor
alle andere onfortuinlijke ouders en kinderen die hier nog voorbij zullen
komen. En mogen we dan nu naar huis?
No comments:
Post a Comment