‘Kom eens mama.’ Skye
neemt me aan zijn hand mee naar zijn tafeltje, in de hoek van de klas. Hij
wijst naar de cijfers van 0 tot 100 die achterin de klas hangen. ‘Als je vanaf
hier kijkt, lijkt die 49 wel van goud,’ zegt hij met een grote glimlach op zijn
gezicht. ‘Dat komt omdat de zon erop schijnt.’ Ondertussen loopt de klas vol
met ouders en kinderen. De laatkomers, nog net op tijd voordat de les begint.
Maar het lijkt Skye niet te deren. Daar achterin de klas is hij soms even in
zijn eigen wereld. Waar hij van meester Joost staand zijn werkjes mag maken.
Voor als hij het echt niet meer houdt, van de beweegkriebels. Behalve dan bij
het schrijven, maar dat is oké. Want voor het echte zitten heeft hij ook nog
een wiebelkussen. En als hij netjes zijn hand opsteekt, om met meester Joost
zijn volgende gedachte te delen, krijgt hij daar alle ruimte voor.
‘Als alle mensen dieren
zouden zijn, meester Joost. En ze zouden gaan springen op een trampoline... Een
kip, een koe, een varken en een vogel bijvoorbeeld... Dan is dat best oneerlijk
want die vogel kan natuurlijk vliegen, dus die gaat sowieso hoger...’ Even
kijkt meester Joost of er nog meer komt, maar Skye gaat weer zitten. Op zijn
wiebelkussen, in het hoekje van de klas. In zijn eigen wereld. Die bijzonder en
soms ook vermoeiend is. Maar waarvan ik vooral trots ben dat ook ik er soms
deel van mag uitmaken. Als ik maar goed kijk en luister, en probeer het te
begrijpen. En ja, hij zal het nog wel eens lastig gaan krijgen in de grote
mensen wereld om hem heen. Maar ik ben vast van plan om hem daarbij te gaan
helpen. En zolang we maar af en toe iemand als meester Joost tegenkomen
onderweg, moet het goed komen.
No comments:
Post a Comment