Werkende vrouwen zijn
deze week ineens volop in het nieuws. Of eigenlijk zou ik moeten zeggen:
de niet-werkende vrouwen. ‘Die moeten ophouden te teren op de zak van hun man,’
aldus Bussemaker. En hoewel ik volgens de definitie van Bussemaker – als fulltime
werkende moeder van drie kleine kinderen - niet tot doelgroep behoor, voel ik
me toch enorm aangesproken. Net als de rest van heel Nederland, zo lijkt het
aan de reacties op social media te zien. Achter de uitspraken van Bussemaker
komen namelijk nogal wat ‘spookjes’ vandaan die ons allemaal aangaan.
Te beginnen met de enorme
bemoeizucht van de politiek, die ons blijkbaar mag vertellen hoe wij ons
gezinsleven in moeten richten. Daar hebben ze namelijk voor betaald. Een
investering die niet terugkomt als vrouwen na het ramen lappen herhalingen van
Goede Tijden gaan zitten kijken (aldus Steven Pont: http://www.nrc.nl/stevendejong/2013/05/11/poetsen-met-een-diploma-aan-de-muur-betaal-die-studie-dan-maar-terug-vrouwen/). Maar volgens mij geldt dat voor
alle investeringen waarbij je niet aan borging doet. Ik ben nog nooit een
professional tegen gekomen die de dag na een training gelijk alles anders gaat
doen. Zeker niet als de randvoorwaarden niet goed zijn geregeld. En daarmee
hebben we gelijk het tweede spook te pakken.
Toen ik in in 2007 als
alleenstaand moeder remigreerde naar Nederland had ik nog weinig te klagen. Ik
kreeg een ruime kinderopvangtoeslag, waarmee ik nog maar zo’n 10% zelf
betaalde. En daarnaast nog flinke alleenstaande ouderkortingen en
combinatiekortingen. Bijna te mooi om waar te zijn, en dat was ook zo bleek later. In ieder geval voor dat moment genoeg om samen met mijn zoontje van mijn modale salaris te
kunnen leven. Bij een fulltime aanstelling dus. Wat overigens nog geen
oplossing bood voor de krappe openingstijden van de crèche, in combinatie met
reis-werk tijd. Een probleem dat er bij de start met de basisschool – niet voor
half 9 open - al niet veel beter op werd.
Hoe anders werden de
regelingen toen ik een hoogopgeleide leuke man tegenkwam, die ook nog met mij
wilde trouwen. Op zich niet zo bijzonder: hoogopgeleide vrouwen vallen vaak op
hoogopgeleide mannen. En andersom. Als je dan nog wat leuks te melden hebt, wil zo’n
hoogopgeleide man ook nog wel met je trouwen. Maar daarmee werden we wel fiscale
partners in een bovenmodaal verdienend gezin. Weg alle kortingen en, met
ingang van dit jaar, ook weg kinderopvangtoeslag. Ondertussen kwamen er wel
nieuwe kindertjes bij, inclusief eentje met een beperking. Hallo slapeloze
nachten dus. Helpt niet echt, als je volgende ochtend weer in de vergadering van
je fulltime baan zit.
En dan begin ik nog maar
even niet over hoe ontzettend slecht de opvang voor kinderen met een beperking
geregeld is (elke middag om 3 uur thuis) als je daarnaast ook nog probeert te
werken. Want tja, die opvang is er tenslotte niet voor de ouders. Als je daar
dan vervolgens een creatieve oplossing voor probeert te bedenken, zoals
bijvoorbeeld een au pair – want ik ga er natuurlijk toch iets over zeggen – wordt
dit je door de IND met ingang van juni dit jaar evenwel onmogelijk gemaakt. Zelfs
voor Europese au pairs moet je nu een visum hebben a 1000.- euro. Een jaartje
werken bij de Appie, stagelopen in een fabriek, studiejaartje in de grote stad.
Het mag allemaal zonder, maar zorgen voor mijn kinderen is zo risicovol ... dat
moet wel even éxtra gecontroleerd worden.
Maar het grootste spook
van allemaal is het eeuwige schuldgevoel dat je het als werkende moeder
nergens goed meer doet. Thuis niet en op het werk niet. Een schuldgevoel dat
voortkomt uit een eeuwenoud traditioneel kostwinnersmodel in Nederland (Lees
ook: http://www.volkskrant.nl/vk/nl/3184/opinie/article/detail/3441266/2013/05/15/Goed-dat-Bussemaker-de-zweep-over-de-man-haalt.dhtml).
En de dagelijkse reacties die je van de buitenwereld krijgt: ‘O, wat zielig.
Gaat hij vijf dagen per week naar de crèche?’ Of deze: ‘Hoe bedoelt u, u kan
niet op maandagochtend om 10.00uur vanwege werk? Wilt u niet weten hoe het met
uw zoontje gaat dan?’
Maar geen problemen zonder
oplossingen, zo heb ik tijdens al mijn opleidingen geleerd. Opleidingsvaardigheden die altijd waardevol blijken te zijn, of je ze nu aan werk besteedt
of aan andere zaken (het opvoeden van je kinderen bijvoorbeeld). Een paar
voorbeelden? Een aantal dagdelen kinderopvang vrij beschikbaar voor alle ouders (zie
ook: http://www.vng.nl). Verder bijkopen gerelateerd aan aantal werkuren en salaris. Ruimere
openingstijden van (voorschoolse) opvang zodat je voor 10.00uur ’s ochtends op
je werk kunt zijn. Bij banen waar dit kan inzetten op het ‘nieuwe werken’ (minstens 1 dag per week
vanuit huis aan de slag). En een leuke folder waarin staat uitgelegd wat de
pedagogische voordelen kunnen zijn van kinderopvang, om uit te delen aan
willekeurige voorbijgangers die daar een andere mening over hebben. En dat je dan dus nog steeds zélf kiest wat je doet. Want geen grotere motivator dan dat.
No comments:
Post a Comment